In 1931, naar een ontwerp van de architect E. Verschuijl en Zn. gebouwde landhuis, die enige van de rondom de vijver staande huizen, die niet door architect Jan Dullaart is gebouwd. Het landhuis draagt de naam ´VIJVERHOF´ en is gebouwd in een tamelijk sobere, maar voor de bouwtijd karakteristieke Interbellumstijl. De villa maakt deel uit van een complex van landhuizen, die zijn gesitueerd op een terrein waar zich voorheen het landgoed Lindenheuvel bevond met de in de jaren '30 van de 20e eeuw gesloopte villa Vogelensang. Na de verkoop van het landgoed in 1880 werd een deel ervan aangekocht door Chr. Van Lennep. Deze verkocht een deel door aan de bankier B.W. Blijdenstein, die onder meer het nabijgelegen pinetum stichtte. Het perceel werd na 1929 door de gemeente voorzien van een stratenpatroon, waaraan voornamelijk door Dullaart, de architect van de Ontwikkelingsmaatschappij Gooisch Grondbezit, een aantal enkele en dubbele landhuizen werd gebouwd. Deze verrezen onder meer rondom een vijver en aan een laan met monumentale beuken, restanten van het landgoed. Het ensemble maakt deel uit van het villapark Boomberg. Omschrijving Het is schone baksteen opgetrokken huis staat grotendeels met twee bouwlagen onder een uitkragend, met pannen gedekt schilddak voor het hoofdvolume. De gevels staan boven en trasraam van klinkers en zijn voornamelijk voorzien van recht gesloten gevelopeningen. Het huis heeft een asymmetrische, op het westen en de vijver gerichte voorgevel met links een onder rollaag staand venster en rechts ervan een rechthoekige erker. De inspringende rechter hoek staat onder een groot overstek, dat rust op een gemetselde hokkolom. De schuine gevelranden zijn verlevendigd met vlechtingen. De verdieping bevat een drietal grote vensters. In het dakschild hierboven staat een rechthoekige dakkapel met plat dak en roedenverdeling in de ramen. Tegen de rechter zijgevel (zuidzijde) staat een lage uitbouw onder een zadeldakvormige steekkap. In het rechter dakschild van het hoofdvolume staan twee dakkapellen. De linker zijgevel bevat de hoofdentree, die bestaat uit een uitpandig ingangsportaal, met een vanaf de straat slecht zichtbare overluifelde deur. De linksachter op het erf staande garage is eveneens opgetrokken in schone baksteeen. De garage staat onder een zadeldak en bevat een stel openslaande, op de straat gerichte rondboogdeuren in een zich verjongende gevel. Waardering Het landhuis is van algemeen belang vanwege de cultuurhistorische, de architectuurhistorische en de ensemblewaarde, alsmede vanwege de gaafheid. Het landhuis heeft cultuurhistorische waarde als een bijzondere uitdrukking van een typologische ontwikkeling in de bouw van woonhuizen voor de beter gesitueerde. Het landhuis is van architectuurhistorisch belang vanwege de kwaliteit van het ontwerp en vanwege de voor de bouwtijd kenmerkende hoofdvorm, detaillering en materiaalgebruik. Het landhuis heeft ensemblewaarde vanwege de sterke samenhang met de restanten van het landgoed, vanwege de zeer nauwe relatie met de rondom staande ondedrelen van het complex en als een bijzonder onderdeel van het Noordwestelijke Villagebied, waarmee het een belangrijke historisch-ruimtelijke relatie heeft. Het landhuis is tevens van belang vanwege de herkenbaarheid en de grote mate van gaafheid van het exterieur.